maandag 16 september 2013

Rekenspel 6 Tjoepen

Groep:              3, 4
Materiaal:        2 , 1 of 3  dobbelstenen

Domein:           getal en getalrelaties
Doel:                getalinzicht: het begrip even en oneven oefenen
Vorm:               tafelgroepje


Start:
De kinderen  gooien elk met een dobbelsteen. Degene met de hoogste worp mag beginnen. Deze bepaalt of het potje gaat om even of oneven. Spreek van te voren af, hoeveel ronden het spel heeft.

De kinderen gooien om de beurt met de dobbelsteen. Degene met het afgesproken begrip: even of oneven wint. Zijn er meerdere winnaars, dan wint degene met de hoogste ogen. De winnaar krijgt 3 punten, de verliezer 2. Bij gelijkspel, krijgt ieder 1 punt. De winnaar bepaalt weer om het potje gaat om even of oneven. Is er geen winnaar dan mag de winnaar van de vorige ronde bepalen of het even of oneven wordt. Vervolgens wordt er weer op gegooid. Wie heeft na de afgesproken ronden de meeste punten?

Variatie:
Als kinderen verder zijn met rekenen in groep 4, kun je ook de ogen van de dobbelsteen gebruiken als punten.
Al naar gelang het niveau,  kun je 1, 2 of 3 dobbelstenen gebruiken.

Geen opmerkingen: