Dit is het laatste artikeltje uit de reeks "Als kinderen blijven tellen". Voorgaande artikelen gingen in op het ontstaan van dit probleem en wat je als leerkracht hier tegen kan doen. In dit artikel zetten we de hoofdzaken nog eens op een rijtje.
1. Geef kinderen meer tijd. Sommige kinderen hebben nu eenmaal meer
tijd nodig om dit te oefenen.
2. Oefen expliciet het opzetten van getallen, aflezen van getallen en
het inslijpen van getalbeelden met flitskaarten
3. Optellen en aftrekken met het rekenrek met als doel dat
kinderen kunnen redeneren op basis van getalrelaties:
1. doen: handelen op het rekenrek ( niet tellend maar
schuivend met aantallen)
2. kijken: kijken naar het rekenrek
3. voorstellen: denken aan het rekenrek
2. kijken: kijken naar het rekenrek
3. voorstellen: denken aan het rekenrek
4. De basisstrategieën voor het rekenen tot 20 is het
rekenen via de 10 bijvoorbeeld: 8 + 7; eerst 2 erbij en dan 5. Belangrijk
hierbij is het gebruik van het rekenrek. Bespreek met de leerlingen waarom de 7
gesplitst wordt in 2 en 5 en niet in bijvoorbeeld 1 en 6. Maak hierbij de
koppeling met de ‘vriendjes van 10’ (of de ‘verliefde harten’).
5. Maak de strategieën voor het rekenen tot 10 (nog eens)
expliciet:
1. Doortellen : erbij 1, bijv. 4 + 1 . Erbij 2 , bijv. 4 + 2
2. Vijfsommen : Bijv. 5 + 4 , 5 + 3
3. Vriendjes van 10 (aanvullen tot 10) : Bijv. 9 +1, 8 + 2
4. (Bijna)dubbelen : Bijv. 4+4, 4+3
5. Verwisselen : 1+7 wordt 7+1
2. Vijfsommen : Bijv. 5 + 4 , 5 + 3
3. Vriendjes van 10 (aanvullen tot 10) : Bijv. 9 +1, 8 + 2
4. (Bijna)dubbelen : Bijv. 4+4, 4+3
5. Verwisselen : 1+7 wordt 7+1
En bij het aftrekken t/m 10:
1. Terugtellen : eraf 1, bijv. 7 – 1. Eraf 2, bijv. 7 – 2
2. Vijfsommen : 9 – 4, 9 – 5, 8 – 3, 8 – 5
3. Vriendjes van 10 : Bijv. 10 – 8, 10 – 4, 10 – 7
4. (Bijna) verdwijnsommen : Bijv. 8-8, 9-8, 7-6
Sommen die overblijven en apart aandacht verdienen zijn: 6+3, 7–3 en 9–6
2. Vijfsommen : 9 – 4, 9 – 5, 8 – 3, 8 – 5
3. Vriendjes van 10 : Bijv. 10 – 8, 10 – 4, 10 – 7
4. (Bijna) verdwijnsommen : Bijv. 8-8, 9-8, 7-6
Sommen die overblijven en apart aandacht verdienen zijn: 6+3, 7–3 en 9–6
7. De transfer leggen van de structuren (getalbeelden) naar
de strategieën voor de sommen en gebruik maken van materiaal zoals
vingerbeelden, rekenrek en eierdozen.
8. Bespreek expliciet met kinderen het doel van het proces:
waarom is dit nodig. Bespreek ook steeds de tussen stappen, zodat kinderen zien
dat ze groeien.
9. Geef rekendictee’s in een oplopend straf tempo.
10. Gebruik computers programma’s of app die stimuleren tot
het in een keer geven van een antwoord.
Bron:
http://www.masterplandyscalculie.nl/docs/po-automatiseren-en-memoriseren-van-het-rekenen-ine-van-der-sluis.pdf ( geraadpleegd op 24-02-2016)
http://www.fi.uu.nl/toepassingen/01042/documents/katern_structureren_helpt_lessen.pdf (geraadpleegd op 24-02-2016)
http://www.fi.uu.nl/publicaties/literatuur/2008_onderwijsexperiment_fenna_van_nes.pdf (geraadpleegd op 24-02-2016)
www.slo.nl
De With, de, J, Rekenprikjes Uitgeverij CED, ISBN: 978-90-5819-273-8
http://www.fi.uu.nl/toepassingen/01042/documents/katern_structureren_helpt_lessen.pdf (geraadpleegd op 24-02-2016)
http://www.fi.uu.nl/publicaties/literatuur/2008_onderwijsexperiment_fenna_van_nes.pdf (geraadpleegd op 24-02-2016)
www.slo.nl
De With, de, J, Rekenprikjes Uitgeverij CED, ISBN: 978-90-5819-273-8