Materiaal: geen
Domein: getallen
Doel: omgaan met hoeveelheden
Vorm: in viertallen
Kinderen werken in twee tweetallen. In het midden ligt een stapel kaartjes met de getallen 2 tot 10. Het eerste tweetal begint. De handen van de kinderen doen ze achter hun rug. Een van de kinderen van het tweede tweetal draait een kaartje om en legt deze met het getal zichtbaar naar boven. Het tweetal dat de beurt heeft tellen samen tot 3: 1,2,3, en dan steken ze een hand met een aantal vingers naar voren. Is dit precies het aantal vingers als het getal van het kaartje, dan geven ze elkaar een Hi Five. Daarna is het kaartje voor dit tweetal. Vervolgens pakt dit tweetal weer een kaartje en begint het spel opnieuw. Als het antwoord fout is mag het andere tweetal. Deze gaat net zo lang door tot dat zij weer een fout maken. Welke tweetal verzamelt de meeste kaartjes?
Tip:
Kleuters geeft u stapeltje kaartjes met vingers, stippen, handen van 2 tot 5.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten