zondag 6 maart 2016

Rekenspel 130 Spaarspel

Groep:                     3,4
Materiaal:                2 dobbelsteen
                               nepgeld:
                               20 munten van 1 euro
                               20 briefjes van 10 euro
                               1 briefje van 100 euro
Domein:                  meten en meetkunde: geld

Doel:                       leren inwisselen
Vorm:                      tweetallen


Doel van het spel is als eerste het briefje van 100 te bemachtigen! Dit kind is de winnaar!

Bij de start ligt het geld op een hoopje: dit is de pot. Kind 1 gooit met de twee dobbelstenen, bijvoorbeeld een 4 en een 3. Hij mag zoveel euro’s uit de pot halen als hij punten heeft gegooid. Dan is kind 2 aan de beurt.

Op een gegeven moment liggen er niet voldoende losse euro’s in de pot om iemand te betalen. Op dat moment moeten de kinderen samen kijken hoe ze dit kunnen oplossen. Eén van de kinderen heeft dan waarschijnlijk meer dan tien losse euro’s. Die moet hij dan wisselen voor een briefje van tien. Daarna zitten er weer tien losse euro’s in de pot en kan het spel verder gaan. Een kind kan natuurlijk ook een briefje van 10 pakken en losse euro’s teruggeven. Dit laatste doen kinderen in het begin niet snel.

Het kán gebeuren dat je echt niet kunt wisselen. Wat is dan een oplossing? Je mag dan ook even ‘lenen’ van de pot of de pot van jou laten ‘lenen’. Maar zorg wel dat dat weer goed gemaakt wordt.


Let op: als een van de spelers dubbel gooit, kijken de twee kinderen samen wie het minste geld heeft. Die mag het ‘aantal euro’s dat gegooid is’ uit de pot halen. Het kan dus zo zijn dat één speler 3x achter elkaar geld uit de pot mag halen (eigen beurt, dubbel van de ander en weer eigen beurt). Het spel is afgelopen, zodra een van de spelers zijn geld kan wisselen voor het briefje van honderd.

Tip: Speel je het met meer, dan moeten de hoeveelheden munten en tientjes aangepast worden.


Uit: Volgens Bartjens van Anneke Nooteboom jaargang 32 2012/2013 nr. 2

Geen opmerkingen: