zondag 8 juni 2014

Rekenspel 58 Hoe laat heeft mijn klok?

Groep:             2, 3, 4, 5
Materiaal:       een horloge, analoge wekker of oefenklok
Domein:          meten
Doel:               tijd: het oefenen van het leren klokkijken
Vorm:              tweetallen


Het spannendste is natuurlijk dat kinderen een echt horloge of wekker hebben om te oefenen. Een kind zet de wekker: de ander zegt de tijd. Is het antwoord goed, dan mag het kind een turfstreepje zetten. Degene met de meeste streepjes is de winnaar.

Tip:
Als kinderen hier niet zelf uitkomen kunnen ze de klokkaartjes gebruiken die u ook gebruikt hebt in Rekenspel 54.


Geen opmerkingen: